9-11: Vermoeidheid

Wie ben ik anders, zes jaar na 9/11, buiten het feit dat ik zonder de aanslagen in de VS nog gewoon 11 september zou hebben gezegd?
Die vraag stel ik mezelf met enige regelmaat, zeker nu de zesde 'verjaardag' aanstaande is.

De vraag is of de wereld door de aanslagen nu anders is geworden of waren er al voldoende tendensen voor die tijd zichtbaar? Begin jaren negentig beschreef Samuel Huntington in zijn 'Clash of Civilizations' al dat culturen meer tegenover elkaar komen te staan in de 21e eeuw. Met deze kennis in het achterhoofd zou je kunnen stellen dat de aanslagen 'slechts' een zet zijn in een gecompliceerd schaakspel van economische belangen, confrontatie tussen macht en onmacht, tussen rijkdom en armoede met als verschijningsvorm dat het 'Kwade' uitgeroeid moet worden. Voor de een is dat het Christelijke Westen met al zijn uitingsvormen, voor de andere partij is dat alles wat met de volgelingen van Allah heeft te maken met hun al dan niet vermeende (middeleeuwse) gebruiken.

Dit neemt niet weg dat de situatie rondom de Twin Towers mij nog scherp op het netvlies staat en bij leven en welzijn zal ik dat meenemen in mijn graf. En met mij velen in de hele wereld. Aan de andere kant weten we dat het aantal soldaten dat gesneuveld is voor de 'Goede Zaak' het aantal slachtoffers in New York al benadert. We spreken dan nog maar niet over de vele burgerslachtoffers in Irak, Afghanistan en mogelijk straks Iran. De toekomst zal leren of deze 'clashes' bijgeschreven zullen worden in de bijna schier oneindige lijst van oorlogen die zich na de tweede wereldoorlog mondiaal hebben afgespeeld, of dat ze toch van een bijzondere orde zullen uitgroeien.

Terugkomend op de vraag, ben ik anders geworden na 9/11, oftewel heb ik een andere kijk gekregen op de samenleving? Het antwoord is duidelijk "JA". Mijn houding naar de Nederlandse samenleving en het ontstane politieke landschap is veranderd. Kernwoorden daarbij zijn 'vermoeidheid', 'domheid' en 'het ontbreken van nuances' en daarmee de opkomst van 'extremistische denkbeelden'.

Doodmoe word ik van discussies over hoofddoekjes, integratie en Nederlanderschap. Toegegeven, ik schrik me kapot als er een boerka in mijn gezichtveld verschijnt. Ik denk dan: "Dit moet verboden worden." Of dat verbieden van islamitische carnavalskledij verstandig is, weet ik dan weer niet. Enige zachtzinnigheid jegens geïmporteerde imams die niet deugen is voor mij helemaal geen issue. Weg ermee en wel per direct.
Maar de meerderheid van de Turken en Marokkanen wil gewoon meedoen en doet dat in werkelijkheid best aardig. De opmerking van minister Vogelaar ("Over een aantal jaren is er sprake van een Christelijk-Joods-Islamitische traditie.") is derhalve terecht, zeker als we de Nederlandse geschiedenis van de laatste vijfhonderd jaar analyseren. Wilderiaanse stompzinnigheden werken dan alleen maar averechts en mogen wat mij betreft in de hoek van politiek terrorisme worden geplaatst. Het verweer van Wilders, dat zijn politieke opponenten lafbekken zijn, riekt wel heel erg naar de taal die Bin Laden c.s. uitspreken over hun tegenstanders.

Bovenstaande is in een notendop de sfeer van domheid en het ontbreken van nuancering die in de Nederlandse samenleving is geslopen en waarmee we al bijna zes jaar worden geconfronteerd. Dodelijk vermoeiend.
Met vertrouwen in onze eigen Christelijk-Joodse traditie moeten we uitgaan van voldoende kracht en souplesse om nieuwe denkbeelden en groepen mensen in onze samenleving op te nemen. Het ontbreken van die kracht en daardoor het demoniseren van andersdenkenden, zoals Wilders c.s. en kleine groepjes fanatieke Islamaanhangers doen, brengt ons slechts terug naar ...? De Middeleeuwen? De oude tijd? De prehistorie?
Uitgaan van eigen kracht en met mildheid grenzen stellen en daarbij aanvaarden dat onze samenleving niet statisch is, is mijn les uit 9/11.