Voetbalvrouw

Gedurende vakantiedagen, als de zon ons land zo in haar greep neemt als de afgelopen week, denk ik altijd terug aan een jaar of tien geleden. Destijds waren mijn vrienden en ik vijftien, zestien jaar en voetbalden we hele avonden op een veldje in het dorp. Een veld dat eigenlijk min of meer automatisch van ons was geworden, in die zin dat wij er altijd waren en anderen het meden. We deden daar de voetbalspellen die iedere liefhebber wel kent: tienen, afvallertje, penaltyrace en af en toe een partijtje. Waarbij we niet alleen maar voor ons plezier speelden, maar ook een beetje voor de meisjes die kwamen kijken.

Dat waren altijd dezelfde meisjes. We kenden ze goed, maar keken vooral naar Lucia. Lucia was zonder twijfel het mooiste meisje van het dorp en het is ondenkbaar dat er ooit een mooier meisje is geweest of zal komen. Het is dat de calvinistische inslag van ons dorp een missverkiezing uitsloot, anders had ze hoe dan ook gewonnen. En tweede en derde geworden, zo lagen de zaken. Lucia had naast schoonheid ook een mysterieuze uitstraling, mede door haar Spaanse wortels. Haar moeder was Spaans en soms zei Lucia iets in die taal, wat ons deed dansen over het veld. Je mooiste acties bewaarde je tot ze keek. Lucia hield namelijk van winnaars. Reden waarom wij altijd wilden winnen.

Wie die avond het best had gespeeld, wist namelijk zeker dat ze naast je zou komen zitten. Wellicht mocht je nog even je arm om haar heen slaan. Meer niet, maar dat hoefde niet. Lucia dacht altijd al groot en het was uitgesloten dat ze zich aan een dorpsjongen zou geven. Naast de andere meisjes zitten was ook wel leuk, maar toch anders. Dat waren de meisjes uit je eigen categorie, waar je op gegeven moment wel eens iets mee zou gaan beginnen. Dat kon wachten, het ging nu om Lucia. Sommige jongens werden na een overwinning zo overmoedig dat ze zelfs een biertje namen of een sigaretje rookten. Wellicht om stoer te ogen voor Lucia, maar hun conditie holde dan zo achteruit dat ze van winnaars verliezers werden. Niet dat het veel uitmaakte, want de kans dat één van ons ooit iets met Lucia zou krijgen was kleiner dan de kans dat iemand uit onze vriendengroep een maanlanding zou maken.

Lucia stippelde haar loopbaan intussen prima uit. Haar eerste echte vriendje was een Rotterdammer, die in het eerste elftal van onze club speelde. Onvermijdelijk zou hij haar weer kwijtraken en dat gebeurde ook. Bij ons bekend waren achtereenvolgens stormachtige relaties met een speler van Jong Sparta, het eerste van Excelsior en een reserve van Feyenoord. Af en toe zagen we Lucia dan nog eens of had één van onze vriendinnen haar gezien. Want ja, sommige dingen gaan zoals ze gaan en inmiddels hadden we inderdaad een relatie met één van de meisjes die altijd in de schaduw van Lucia hadden gezeten. Lucia reed dan in dure auto's rond en droeg de nieuwste mode. Ze dacht nu eenmaal groot. Een jaar of drie geleden zijn alle sporen van Lucia vervaagd. Het scheen dat ze naar het buitenland was gegaan en haar weg richting de top daar doorzet. Waar het moet eindigen is onbekend, maar dat het groot gaat worden staat vast.

Wij zijn haar echter niet vergeten en hebben jaarlijks in dit soort periodes te kampen met bepaalde Lucia-buien. In welke mate, varieert per persoon. De één denkt eens weemoedig terug, de ander vervalt in een avond obsessief drinken. Steevast eindigt het ergens midden in de nacht met je vriendin die slaperig om de hoek van de kamer kijkt en vraagt of je wel goed bij je hoofd bent. In mijn geval gebeurde dat nadat ik de stereo had gevuld met de single Lavinia van The Veils. Ik vermoed dat Finn Andrews haar ook gekend heeft, zo gekweld als hij in plaats van Lavinia ineens een passage over Lucia zingt: Lucia my love, in the darkness shown / Lucia my love, and you're not mine / Lucia my love, in the silence so long / Lucia my love, no promise no more, / Lucia, Lucia, Lucia... .

Het gevolg is dat wij een dag later samen afspreken op ons veldje. We nemen wat drankjes en een bal mee en voelen ons weer even vijftien. De laatste geruchten over Lucia zijn dat ze in Spanje is en daar momenteel de vriendin van Alberto Rivera van Betis Sevilla is. Of het waar is weten we niet. Zoals Rivera ongetwijfeld geen weet heeft van een veldje ergens in een Nederlands dorp, waar een groepje midtwintigers beseft dat hun jeugd voorbij is en dat ze misschien ergens een slag gemist hebben, maar desondanks gelukkig zijn. Met elkaar, onze levens en een bal. Wetende dat er duizenden mannen in Nederland zijn die deze nostalgie kennen. Voetbal in de zomer is het mooiste dat er is.